Stage
Algemeen
Door middel van
stages bereiden we de leerlingen voor op een plek in de maatschappij. Waar een
leerling stage gaat lopen hangt af van zijn of haar interesses en
mogelijkheden.
Afhankelijk van de
uitstroombestemming (leerroute) stelt de Commissie van Begeleiding (CvB) in
overleg met de leerling, de ouders, de stagecoördinator en de mentor een
stagetraject op dat bij de leerling past. Belangrijk is dat de leerling op zijn
of haar stage zo optimaal mogelijk kan functioneren. Leerlingen stromen
uiteindelijk uit richting een arbeidsplek (beschut werk) of een vorm van
dagbesteding.
Gedurende de
stageperiode zal de leerling zich op zijn eigen niveau ontwikkelen middels het
doorlopen van één of meerdere stages. Eerst oriënterende stages met als doel
inzicht te krijgen in een richting die past bij haar/zijn affiniteit. Er
ontstaat zodoende een geleidelijke overgang naar de toekomst. Het onderwijs op
school is ondersteunend aan de stage en richt zich op de zelfstandigheid en de
verdere ontwikkeling van de leerling. Daarnaast is de stage een belangrijke
voorbereiding op een toekomstige werkplek.
De school werkt intensief samen met verschillende partijen voor een
zo breed mogelijk stageaanbod. Door deze
samenwerking kunnen we stageplekken bieden in uiteenlopende sectoren met
verschillende niveaus.
Sectoren
waarin stage wordt gevolgd:
●
Horeca
●
Detailhandel
●
Groenvoorziening
●
Zorg en Welzijn
●
Dierenverzorging
●
Kunst
●
Multimedia
Stage indeling VSO Alphons Laudy
Onderbouw: interne stage op school voor 3e leerjaar.
Doel: 1ste kennismaking met het aanleren van arbeidsvaardigheden en
werknemersvaardigheden ter voorbereiding op de groepsstage.
In het derde leerjaar van de onderbouw starten
de leerlingen met de eerste fase van de arbeidstoeleiding d.m.v. een interne
stage. De leerlingen gaan roulerend in tweetallen, onder toezicht van een
stagebegeleider van school kennis maken met verschillende werkzaamheden binnen
de school. De stagebegeleider maakt de leerlingen bekend met de benodigde
competenties en maakt inzichtelijk wat er in de praktijk van de leerlingen
verwacht wordt.
Duur van de interne stage bedraagt gemiddeld 6
á 7 weken (periode tussen de schoolvakanties). De leerlingen krijgen na afloop
een certificaat van deelname voor hun portfolio.
Middenbouw: oriënterende stages: groepsstages intern op school & extern.
Doel: Het doel van de groepsstages in de middenbouw is oriëntatie op eigen
mogelijkheden en interesses en het verkennen van verschillende beroepssectoren.
De groepsstage staat daarnaast in het teken van het aanleren van
arbeidsvaardigheden in de praktijk. De leerling oefent daarbij arbeids- en
sociale vaardigheden buiten school. De leerling werkt in groepsverband aan zijn
of haar zelfstandigheid binnen een bedrijf.
Onder
begeleiding van een stagebegeleider van school doen de leerlingen ervaring op
met stages binnen twee verschillende sectoren per jaar. De groepsstage bestaat
uit maximaal 6 leerlingen per groep en zal één dag per week, gedurende het
gehele schooljaar worden uitgevoerd. Na zes maanden wordt er gewisseld van
stageplek. Er wordt gekozen voor beroepssectoren waarvan de verwachting is dat
de leerling hiermee affiniteit en een reële kans op (betaalde) arbeid
en/of dagbesteding heeft. Factoren die in afweging worden meegenomen zijn
sociaal,-emotionele vaardigheden en werknemersvaardigheden (Leren Leren).
De leerlingen krijgen na afloop een
certificaat van deelname voor hun portfolio.
Individuele
stage in de middenbouw Een individuele stage in de middenbouw kan worden ingezet als er gesignaleerd
wordt dat het passend is bij de ontwikkeling van de leerling op dat moment. In
het CVB-overleg wordt bepaald, in samenspraak met mentor en ouders, of de leerling
in aanmerking komt om in de middenbouw een individuele stage te volgen binnen
dagbesteding, beschut werk of het vrije bedrijfsleven. De leerling zal in dat
geval begeleid worden door een stagebegeleider uit de bovenbouw.
Bovenbouw: externe stage van 2 dagen met mogelijkheid tot uitbreiding.
Doel: Individuele stage staat in het teken van aanleren van
arbeidsvaardigheden in de praktijk.. De leerling loopt zelfstandig stage binnen
dagbesteding, beschut werkplek of in enkele gevallen het vrije bedrijf en werkt
aan werkhouding, sociale vaardigheden en werknemersvaardigheden.
In de bovenbouw gaan de leerlingen minimaal
twee dagen per week individueel stage lopen. Vanuit het bedrijf of dagbesteding
worden ze begeleid op de werkplek. De leerling zal vanuit de school tenminste
elke zes weken bezocht worden door een stagebegeleider. De eerste ontmoeting en
de evaluatiemomenten zijn twee maal per jaar en is gezamenlijk met de
stagebegeleider, leerling, ouders/verzorgers en werkbegeleider. De
stagebegeleider en ouders/verzorgers hebben een gesprek met de leerling en de
begeleider op de werkvloer. Na afloop van elke evaluatie wordt door de
stagedocent een stage-evaluatieformulier ingevuld. Dit gebeurt zo mogelijk
samen met de leerling. Aan de hand van de stage-evaluatieformulieren wordt
bepaald of de leerling in het eerste of tweede jaar van de bovenbouw uitstroomt
naar een beschermde, beschutte of reguliere arbeidsplek of in enkele gevallen
doorstroomt naar vervolgonderwijs.

Hierboven een leerling van de bovenbouw op zijn stageplek: Lassen.